Het is oudejaarsdag en we halen onze Okky van de luchthaven van Marseille. Omdat Marseille de helft kostte (valt het jullie ook zo op dat de KLM de prijzen meer dan verdubbeld heeft…, niet normaal en ik lees net dat het nog erger wordt)) en het maar een half uurtje verder is dan Nice, rijden we in het ochtendgloren naar de oudste stad van Frankrijk. Onze schat rent rond het middaguur gillend in de armen van haar vader (I wish…, de honden krijgen alle aandacht) en de eerste vraag is “waar gaan we lunchen?”

Geen gekke vraag, het zit in haar DNA, is dus erfelijk, en goddank heb ik niet naar haar moeder geluisterd en ‘een leuk tentje op het strand’ gereserveerd wat minimaal 2 uur rijden is, maar lunchen we 70 km richting onze sponde, in de heuvels recht boven Bandol.

Het is nog niet eenvoudig om iets te vinden waar je een beetje fatsoenlijk kunt lunchen op deze Oudejaarsdag. Je hebt in dit deel van ‘la douce’ te maken met seizoensluitingen, èn met gesloten-voor-de-lunch-op-zaterdag, èn met algehele weekendsluiting èn natuurlijk de ‘we-bereiden-ons-voor-op-oudejaarsavond-waar-we-de gasten-eens-lekker-een-poot-gaan-uitdraaien’. Jean François Bérard denkt daar anders over, is gewoon lekker open, heeft 4 2-tjes zitten en is in de helft van de zaal al redelijk druk met de voorbereidingen voor het ‘reveillon’.

Er komen een paar snacks waar ik geen concrete herinnering aan heb, dus die zullen wel ‘prima’ zijn geweest, en er komt voor de dames een fles Condrieu ‘DePoncins’ van François Villard, (F, 2020). De amuse-bouche is een velouté de chataignes de Collobrières (kastanjesoep) met daarop wat pleurottes (van die zwarte paddenstoeltjes) en wat croutons, en het voorgerecht van het lunchmenu is konijnenrug met geconfijte inktvis èn geconfijte citroen, erg lekker.

Wat ondertussen niet lekker is is mijn eerste (en laatste) slok Condrieu, maar wat wil je als 12 weken niet hebt gedronken. De dames vinden ‘m zalig dus dat ligt echt aan mij dus ik laat ‘m staan (dat ‘wijn niet lekker vinden’ is later op de dag volledig verdwenen als ik voor het eerst in 12 weken de zonde inga, en ook meteen volle bak hahaha).

Pièce is Saint Pierre (zonnevis of John Dory, die vis met die zwarte stip op de zijkant al zou hij door de heilige Petrus zijn aangeraakt), zacht gegaard in beurre noisette (ze noemen dat weer konfijten, een term die 4 keer op de menukaart voorkomt), met ravioli gevuld met palourdes (schelpdiertje) en citroen (natuurlijk, gekonfijt!). Er komt een ‘jus gourmand’ bij (als ik die opzoek blijkt daar niet echt een vertaling voor te zijn, dus houd ik het op ‘lekkere jus’) die wat schaaldier-smaak heeft en prima smaakt.

Ik neem een stukje kaas in plaats van een dessert en dan is het op naar de hacienda (en naar de Ruinart blanc de blancs, de Condrieu van Guy Farge (2019), de Pulligny-Montrachet 1er Cru les Challumeux van Louis Latour (2018), de Aloxe-Corton, ook van Louis Latour (2017), en de gisteren van BB gekregen Champagne Gustave Eiffel, wat ook een blanc de blancs is, en die gaan er allemaal aan vanavond, want als je het doet moet je het goed doen!!)

René’ Sens par Jean François Bérard | 6 Rue Gabriel Péri, | La Cadière-d’Azur | F


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.