We schieten er doorheen, time flies when you’re having fun, maar het is zeker geen vakantie, Ik begin een heilig ontzag te krijgen voor reisleiders, èn voor buschauffeurs. Wat een ongelooflijke hoop werk, rekening houden met iedereen, mag de airco lager, hoger, het is te koud, het stinkt, ik moet plassen, passagiers tellen, koffers tellen, inchecken, uitchecken, afrekenen, de fooienpot… Het schijnt dat ik geluk heb met de groep reizigers, en al helemaal met de crew, en beide kan ik beamen, ik fiets er eigenlijk vrij eenvoudig doorheen, kwestie van goed voorbereid, wat voor Danny als nadeel heeft dat er te weinig spannende dingen gebeuren. Ik heb wat ziektegevalletjes (longontsteking, diarree, gekneusd rib), maar verder gaat het goed.

We staan weer lekker vroeg op, vandaag gaan we via Belize (voormalig Brits Honduras) naar Mexico, en om 8 uur sharp zit iedereen gewassen en geschoren in de bus. Dat gewassen moet met een korreltje zout, want er zijn klachten over zweetvoeten…, wat moet ik daar nu weer mee?

We gaan even via de plaatselijke farmacia want de thermometer heeft het begeven, en één van de patiënten weet zeker dat hij koorts heeft. 59 quetzales (€ 5,90) verder weten we zeker dat dat niet zo is, en zijn van een ander de aftes weer bijgespoten, van alle markten thus raak je hier zeg maar.

We rijden ruim 2 uurtjes naar de grens, wisselen de laatste quetzales om en met een pak paspoorten gaat de reisleider (ik) naar een enorme rij om stempeltjes te halen. Bloedjeheet, maar daar is de geheime reisleider Patricia die zowaar één van de douaniers kent en 10 minuten later sjouwen we allen, bestempeld en al, de koffers over de grens. Lunch is 2 uur later midden in Belize, superlekkere burger met een lokaal biertje, en bij vertrek blijkt de bus niet te starten, en zo gebeurt er elke dag wel wat. Nadat iedereen zich ermee heeft bemoeit redt chauffeur Gustave samen met Boerenpiet de dag en karren we richting Mexico.

Bij het verlaten van Belize betalen we weer lekker wat geld, en bij de douane van Mexico is het eigenlijk een fluitje van een cent, alleen moeten we een enorm stuk lopen met de koffers, waarvan net de helft is open geweest, want natuurlijk worden we mega-gecontroleerd.

De rit naar het hotel in Chetumal is kort, en het genot van het Sol biertje èn het inpandige zwembad lang. Lichtelijk gesloopt raapt de crew zich bij elkaar na een lange en vooral saaie reisdag. De taxichauffeur die ons met zijn 5-en voor dubbel geld in zijn 3-persoons auto propt breng ons naar de malecon (boulevard) en dropt ons bij restaurant Faro (de vraag:”waar neem je je aanstaande bruid mee naartoe als ik zou betalen” doet wonderen). Er is geen kip, we zitten buiten op banken op een soort overdekt terras, sigaren, gin tonic, Chileense chardonnay, heerlijke salades en zowaar een stuk wagyu ribeye, althans iets wat daar voor door moet gaan. Het is allemaal heerlijk, en super-relaxed!



Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.