Coen wilde bij de garage eten, voor old time sake, Jan Maarten wilde mee, dus staan we op 1 april in de bar, en binnen 2 minuten in de zojuist verbouwde wijnkelder. We vallen met de neus in de boter, Le Garage is vandaag 18 jaar open, en we zijn in voor een feestje. We starten met een glaasje wijn, what else, Minaia Gavi (di Gavi) van Nicola Bergaglio (I, 2007) en krijgen de kaart. JM moppert een beetje, “dit is toch geen kaart, hoe kan ik hier uit kiezen”, maar ik vind het allemaal prima.
Ik neem lekker weer (zie 18 februari) de sushi van dorade omwikkeld met gerookt Wagyubeef en wat stukjes watermeloen, en we hebben plezier. We nemen de wereld een beetje door, wordt het een C5, een passat of een Nevada, Coen?, kijken een beetje om ons heen en verbazen ons dat de hut na 18 jaar gewoon nog steeds vol zit. Alhoewel, verbazen, het is hier gewoon vanaf dag 1 prima, dus waarom niet. JM wil rode wijn, dus Erwin komt met La Rosine, een vin de pays des Collines Rhodaniens, ofwel een nog te jonge Côte Rôtie, want de stokken zijn nog geen 10 jaar oud (F, 2005), helemaal lekker bij het Baambrugs big met risotto van aardappel met kaviaar. Het is feest vandaag, dus ik ga niet alleen voor de beste crème brulée sinds Ricardo, maar Erwin zet er ook nog een glaasje trockenbeerenauslese Schosschto van Velich (AU, 2005) naast. Wederom een wild feest, hoewel ome Coen halverwege zijn kaas afhaakt, het wordt hem allemaal een beetje teveel, terwijl het ons niiet lang genoeg kan duren. Enfin, volgende keer is hij aan de beurt!!