Vriend Ferry heeft weer eens wat bedacht. Een beroemde kok in Singapore bezoeken, overreden om naar Nederland te komen, alles voorbereiden, chef van het Bosch een week naar Singapore, en uiteindelijk komt André Chiang een weekendje naar Nederland voor 2 workshops, een diner en een lunch in het Bosch. Ik mag samen met Robert aan de Chefs table zitten, dus na het draaien in ons restaurant melden we ons keurig op tijd aan de Nieuwe Meer. Ik zie 10 koks in de keuken koortsachtig aan het werk, 8 man zwarte brigade jongleren met glazen Piper-Heidsieck terwijl gastheer Ferry en wijnspecialist Harold zich onderhouden met de eerste gasten. We gaan aan tafel!
De amuses zijn een bolletje van cacaoboter met lichtzoete gazpacho en krokantjes van paddenstoel in eetbare aarde. Vooral de laatste is top, en dan heb ik het over de (knoflook)-aarde. Eerste gerecht is een stukje haring met granité van korenwijn, zeedruifjes en zoetzure gel. Dit klinkt natuurlijk totaal niet alsof het uit Singapore komt, maar dat is ook de bedoeling. André is vrijdag aangekomen en is direct oer-Hollandse producten gaan zoeken om mee te koken. De avond krijgt dus een lokale tint, met uitzondering van het in zijn koffer meegesmokkelde vlees.
We gaan door met oester met zeewier en appelschuim, tartaar van oester met oesterblad en een salade van groente met oester-roomijs. Mooie smaken, alleen heeft de wijn behoorlijk last van het zilte van de oesters. Gilles (Bacchantes) doet de wijnen, in combinatie met Harold Hamersma, maar er is duidelijk en terecht gekozen om vooral de gerechten een podium te geven.
Door met onwaarschijnlijk lekkere courgettesoep met langoustine, kokos, kokkels en kaviaar, waarna gerookte paling met crème van artisjok en peterselie, gebakken artisjok en gnocchi. Paling is mooi warm gemaakt, superlekker, alleen de losse crème van koriander met rucola, spinazie en makreel kan me niet echt bekoren.
Volgende gerecht is een kroepoek van risotto, met risotto van inktvis en een crème van bloemkool waarna André’s signature dish, crème van foie gras uit de oven, met truffel en olijfolie. Wonderschoon, alleen al om het subtiele gebruik van truffel. Exact op zijn plaats en niet overheersend.
Pièce is het eerder genoemde in de koffer meegesmokkelde wagyuvlees (12th grade), ingesmeerd met olie van toro (vette buik van tonijn) en basilicum, met tartaar van aardappel, auberginekaviaar en gelei van runderconsomme. Een stuk Australisch vlees wat in Europa niet te vinden is, en eigenlijk uitsluitend wordt geexporteerd naar Japan.
We gaan stoppen, maar wat kan zo’n prachtig menu nou complementeren, wat maakt het verhaal rond. “Snickers”, een crumble van gezouten pinda’s met caramelschuim en Maldon-ijs, een combinatie van zoet en zout, van zacht en crunch, ik denk dat het sinds gisteren bij mij in de top-5 van de lekkerste toetjes ooit staat. Topavond!
Alle foto’s staan op Facebook.